Vaak wordt gedacht dat een minderjarige bij de leeftijd van 12 jaar of ouder zelf mag beslissen of kiezen met betrekking tot onderwerpen als hoofdverblijfplaats, omgang/contact met de andere ouder, etc. De minderjarige van 12 jaar en ouder kan wel zijn/haar mening aan de rechter kenbaar maken, waarna de rechter deze mening zal meenemen in de beslissing, hetgeen niet betekent dat de mening van de minderjarige van 12 jaar of ouder doorslaggevend is.
In een omgangskwestie tussen een vader en twee kinderen ouder dan 12 jaar (17 en 15 jaar), wilde de vader de kinderen graag meer zien, maar de kinderen wilden meer vrijheid hebben en niet gebonden zijn aan bepaalde omgangscontacten. Het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch overwoog dat de weerstand van de kinderen tegen een contactregeling onvoldoende was voor de beperking van het contact en bovendien kon door de zeer beperkte omgangsregeling de onderlinge band tussen vader en kinderen niet worden versterkt.
Het Hof heeft uitdrukkelijk overwogen dat de rechter, indien blijkt dat de minderjarige van twaalf jaar of ouder hier prijs op stelt, ambtshalve een beslissing kan geven ter zake de verdeling van zorg- en opvoedingstaken. De rechter neemt dan vervolgens een zodanige beslissing als hem/haar in het belang van het kind wenselijk voorkomt.
Het Hof houdt er in de beslissing rekening mee dat, gezien de leeftijd van de kinderen, zij steeds meer een eigen leven zullen gaan leiden met daarbij behorende afspraken, maar ook dat de kinderen anderzijds regelmatig contact met de vader dienen te hebben en eventuele eigen afspraken etc. indien mogelijk plannen buiten de contactmomenten om.
Naar mate de kinderen ouder worden, zal een omgangsregeling of een verdeling van de zorg- en contactmomenten wellicht moeten worden aangepast, gelet ook op de ontwikkeling en het leven van de minderjarige. Daarnaast zal ook rekening worden gehouden met het algemeen aanvaard belang dat de kinderen en de ouders contact met elkaar hebben. De minderjarige van twaalf jaar of ouder zal in dit soort zaken ook de gelegenheid krijgen om aan te geven wat hij/zij graag zou willen. Uiteindelijk is het de rechter die een beslissing neemt (Gerechtshof Den Bosch 15/11/2018, ECLI: NL: GHFHE: 2018: 4693).