Vijf personen komen voor de rechtbank omdat zij ervan verdacht worden in oktober 2016 een zebrapad – welke was gekleurd in de regenboogkleuren – te hebben besmeurd met rode en oranje verf. De verdachten ontkennen niets, en ook aan ander bewijsmateriaal ontbeert het niet. Een logisch gevolg zou dan toch straf zijn, zou je denken.
Niets blijkt echter minder waar. De rechter verklaart namelijk het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging. De reden? Het Openbaar Ministerie had al eerder met de verdachten afgesproken dat alles afgedaan zou worden met een mediation-traject. Afgesproken was dat de verdachten een gesprek aan zouden gaan met zowel de gemeente Leiden als het COC (de Nederlandse belangenvereniging voor lesbiennes, homo’s, biseksuelen en transgenders) om tot een oplossing te komen.
Wat dus aan de aandacht van het Openbaar Ministerie is ontschoten, is dat de verdachten inderdaad het gesprek zijn aangegaan en hebben afgesproken de schade te vergoeden en een symposium te organiseren voor acceptatie van homoseksuelen en diversiteit. Nu de verdachten hun afspraken gewoon zijn nagekomen, bestaat daardoor bij hen het vertrouwen dat zij verder geen straf opgelegd zullen krijgen. Nu dit vertrouwen gerechtvaardigd is gewekt door het Openbaar Ministerie, kunnen ze niet meer worden vervolgd. Het vertrouwensbeginsel is geschonden.
ECLI:NL:RBDHA:2017:5840
Hebt U een dagvaarding ontvangen of bent U op een andere manier in aanraking gekomen met justitie? Neem dan gerust contact op met één van de specialisten van Van Dijk c.s. advocaten voor een vrijblijvende afspraak.